Oorsprong
Het verhaal van Huis Wylerberg begint bij Marie Hiby, geboren op 2 september 1867 in Altendorf in het Noordelijke Ruhrgebied. De ouders van Marie hebben aandelen in de Dr. Carlos Otto & Company; een bedrijf gespecialiseerd in ovens, hittebestendige materialen en cokes. Dit zal later een belangrijke reden zijn waarom Marie Huis Wylerberg kan laten bouwen.
In haar tienerjaren werkt Marie als hulp voor de bevriende Britse familie Christie in Birmingham. Daar vormt ze een hechte band met één van de zoons: Malcolm Grahame Christie. Na de dood van Marie’s vader verhuist ze in 1888 met haar moeder naar Kleef, en in 1890 trouwt ze met Heinrich Schuster. Na een paar jaar in Koblenz gewoond te hebben verhuist het paar naar Aurich, Oost-Friesland, waar Marie in 1893 bevalt van haar enige dochter Alice.
Omdat Marie zich niet thuis voelt in Noord-Duitsland verhuist het gezin rond de eeuwwisseling naar het dan nog Duitse Elzas-Lotharingen (bij Metz) en gaat wonen in het landhuis genaamd Lorry. Wanneer in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbreekt bevindt het huis zich noodlottig genoeg midden in de eerste golf. De Schusters maken de gevolgen van de oorlog daardoor van dichtbij mee.
In een nabijgelegen veldhospitaal in Metz worden gewonden van de oorlog verzorgd. Zo ook Hermann Göring, op dat moment piloot bij de Luftwaffe. Göring is een ver familielid van Marie: de (aangetrouwde) oom van Marie is een neef van de vader van Göring. Hij bezoekt haar in villa Lorry met enige regelmaat terwijl hij herstelt van verwondingen die hij opliep bij een luchtgevecht.
Als de Eerste Wereldoorlog in 1918 voorbij is moet Duitsland Elzas-Lotharingen afstaan aan Frankijk en worden alle daar wonende Duitsers geacht te vertrekken. De Schusters verhuizen naar Tübingen, waar Heinrich ongeneeslijk ziek wordt en sterft in 1921.
Vanaf dat moment werpt Marie zich op de verwezenlijking van haar droomhuis. Het landgoed de Duivelsberg, gelegen tussen het Duitse Wyler en het Nederlandse Beek, heeft Marie van haar moeder geërfd in 1906 en zal de locatie worden van Huis Wylerberg. Ze maakt het ontwerp samen met de architect Otto Bartning, die ze in Berlijn heeft leren kennen. Marie is een groot bewonderaar van het expressionisme, een stijl waar Bartning met zijn bouwwerken ook om bekendstaat.
Marie’s liefde voor de natuur en de omgeving werkt ook door in de plaatsing van het huis. Zo zorgt ze ervoor dat het oorspronkelijke ontwerp een kwartslag wordt gedraaid zodat twee jonge kastanjes niet voor het huis hoeven te wijken.
Het zeshoekige huis moet de uitstraling hebben van een kristal dat uit de helling oprijst. In 1921 gaat de schop in de grond. Eerst wordt een portierswoning gebouwd voor de timmerman en metselaar, waarna zij kunnen beginnen aan de bouw van Huis Wylerberg. In 1924 is het huis af.